Doorgaan naar hoofdcontent

🇬🇷DAG 29: Areopoli - Geraki

Dinsdag 10 mei 2022

KM 62/1.282 - HM 698/15.538

The Flying Dutchman

Voor mij ligt op het strand van Gythio het scheepswrak van de Dimitrios. Volgens de legende betreft het hier een spookschip dat door geesten werd bestuurd en verdoemd was, net zoiets als onze Vliegende Hollander. Meer waarschijnlijk is de verklaring dat het schip gebruikt werd om sigaretten te smokkelen tussen Turkije en Italië. In december 1980 moest het schip aanleggen in Gythio, vanwege een medisch noodgeval van de kapitein. Daarna ontstonden er financiële en technische problemen met het schip. Omdat ook de havengelden niet meer betaald werden, moest het schip buitengaats ankeren. Door een storm raakte de schuit op drift en belandde op het strand, waar het achtergelaten is en dus nog steeds ligt !

Ik voel mij zelf nou niet bepaald een Flying Dutchman vandaag. Na een goed begin met de afdaling vanaf Areopoli, beland ik na de prachtige kustweg vanaf Gythio naar Skala, daarna op zgn “vals plat”. Het is behoorlijk vals, want het kost mij bijna 700 hoogtemeters om op mijn bestemming Geraki te komen. Onderweg is het heet, 27 graden. Als ik uitblaas op een terrasje in een vergeten plaatsje, geeft een oud mannetje mij 3 citroenen kado. Ik prop ze in mijn fietstas, maar wat moet ik ermee ? Onderweg rijd ik langs honderden sinaasappelbomen; ik pluk er een paar en laat ter compensatie de citroenen achter…:)
De sinaasappels worden overigens door Indiërs geplukt, die ik later ook in mijn overnachtingsplaats zie rondscharrelen.

Dit was alweer de laatste dag in de regio Mani voor mij. Hoewel de Manioten stevig hebben bijgedragen aan de onafhankelijkheid van Griekenland, hebben ze er altijd de voorkeur aan gegeven meer op zichzelf te blijven.  In de 20e eeuw was er een sterke daling van de bevolking. Mensen emigreerden naar andere delen van Europa of naar Amerika en Australië. Pas vanaf 1970,  toen er een weg werd aangelegd naar dit geïsoleerde gebied, begon de toerist de regio te ontdekken. Tegenwoordig is het toerisme een solide bron van inkomsten, maar in dit seizoen is het nog heerlijk rustig.

In het (enige) hotel (met schitterend uitzicht over de “vlakte” waar ik vandaan kwam), ben ik weer eens een keer de enige gast. Het dorpje is ook behoorlijk desolaat, maar gelukkig vind ik toch een eettentje. Op het dorpsplein word ik aangegaapt door tientallen mannetjes die druk zijn met nietsdoen, als ik rond 18:30 uitgehongerd mijn diner nuttig.